Studenten vallen met ‘Akkerranden & Bufferzones’ in de prijzen

Tekst: Miriam van Bree, Jorg Tönjes, Annemarie Gerbrandy
Foto’s: diversen, zie colofon Magazine

Dit artikel verscheen eerder in: Agro Magazine

“Elke vrijdag hebben we lessen ‘regioleren’ en daar kozen we samen voor dit project”, vertelt Joppe Sijpkes. “Het experiment loopt nu. In september en oktober zullen we de gewassen oogsten of maaien en dan kijken wat het gedaan heeft met de bodem.”

De keuze voor de vlinderbloemige soorten lupine, veldbonen en luzerne naast rogge en vezelhennep heeft volgens Egbert Oostingh te maken met de bloei van die gewassen. “Veel bloemen is goed voor de insecten”, verwacht hij. Bij de aanvang van het experiment keken de studenten of er insecten en andere dieren aanwezig waren op de strook van het experiment. Ze vingen toen al de nodige wormpjes, vliegen en ander leven. Natuurlijk hopen ze dat de strook bijdraagt aan de populatie natuurlijke bestrijders van plagen, liefst meer dan aan de plaaginsecten.

"Het bodemleven leren wordt steeds belangrijker voor boeren"

Bij de uitwerking van het praktijk-experiment hielp een deskundige van Agrifirm mee. Die kon advies geven over de goede zaaimomenten, zodat de gewassen in ongeveer hetzelfde tempo ontwikkelen. Omdat er in de bufferstroken niet bemest mag worden, vraagt de teelt een wat andere aanpak dan wanneer je het volvelds zou telen.

“We konden de proef gaan doen bij Erik Huizing in Buinen, waar een van ons stage loopt”, zegt Joppe. “Hij deed al veel met groenbemesters en wilde hier graag aan meewerken.” Elke vrijdag gaan de studenten kijken hoe de ontwikkelingen zijn en dat is leerzaam en gezellig. “We eten er ook altijd een frietje.”

"De 2.500 euro van de prijs was een leuke opsteker voor de groep"

Van het bodemleven leren wordt steeds belangrijker voor boeren. De overheid stuurt aan op het gebruik van groenbemesters, vanggewassen en bufferstroken. De studenten merken dat dit nieuwe vragen oproept bij de telers. Ze willen weten welke gewassen passen bij hun grond en hun teelten en wat die doen met de bodemkwaliteit, de functionele biodiversiteit en de onkruiden op het perceel. “Met ons experiment gaan we daar nog een stapje verder mee bezig”, zegt Egbert.

De 2.500 euro van de prijs was een leuke opsteker voor de groep. “We zijn er eerst van uit eten geweest en hebben de rest verdeeld. Het is leuk om voor onze vakanties wat extra te hebben.” Een deel van de groep is na de vakantie klaar met de opleiding en een deel moet nog een extra jaar. Ze maken in ieder geval samen deze opdracht af, want in de herfst hopen ze te zien met welke soorten de mooiste resultaten te behalen zijn.